13 februari 2018

SGP: Vertrek gedeputeerde lost problemen niet op

Vorige week vertrok gedeputeerde Verbeek, nadat een kritische auditrapportage openbaar was gekomen over de interne organisatie van de provincie. Afgelopen maandag werd over deze auditrapportage uitgebreid gediscussieerd. Daarnaast werd gedebatteerd over de vertraging van de Uithoflijn en de extra kosten die deze vertraging oplevert. Hoofdconclusie van de SGP: Het vertrek van de gedeputeerde heeft de problemen niet opgelost.

Het probleem dat in de media het grootste is gemaakt (en dat ook het meest geld kost), is de vertraging van de Uithoflijn. Die vertraging is met het vertrek van de gedeputeerde natuurlijk niet ongedaan gemaakt. Sterker nog, er is geen enkele garantie dat er niet nog veel meer vertraging optreedt en dus dat het ons niet nog veel meer gaat kosten. In het verleden zijn tussen de gemeente Utrecht en de BRU buitengewoon ongelukkige afspraken gemaakt, die bij de opheffing van de BRU (Bestuur Regio Utrecht) door de provincie zijn overgenomen. Zo kon het gebeuren dat de extra kosten die nu worden gemaakt voor 76% bij de provincie terechtkomen, terwijl het grootste probleem ligt in het centrum van de stad Utrecht. Bovendien heeft Utrecht geen resultaatsverplichting om zich aan de planning te houden, maar een inspanningsverplichting. Kortom, de gemeente kan de vertraging enorm laten oplopen en de provincie draait op voor het grootste deel van de kosten. Dat is natuurlijk een onmogelijke positie. Daarom hebben we samen met de PVV een motie ingediend die het college opdraagt opnieuw met de gemeente te gaan onderhandelen over de verdeling van de kosten van eventuele verdere vertraging. Het kan niet zo zijn dat inwoners van Renswoude of Benschop lijden onder de vertraging van de centrumontwikkeling van Utrecht stad. Daarnaast hebben we een motie ingediend om de stad Utrecht verantwoordelijk te houden voor de financiële gevolgen van het openbaar maken van een geheime auditrapportage. Als Utrecht afspraken schendt en geheime rapporten openbaar wil maken, moeten ze zelf maar voor de kosten opdraaien. Ook deze motie werd aangenomen.

Het grootste probleem van de provincie en de eigenlijke reden van het vertrek van gedeputeerde Verbeek staat in zekere zin los van de Uithoflijn. In haar ontslagbrief verwijst Verbeek vooral naar de uitkomst van een vorig jaar geschreven auditrapportage. Hier worden dan ook harde conclusies getrokken over de problemen binnen de provinciale organisatie. Samengevat is er onduidelijkheid over taken, rollen en verantwoordelijkheden, waardoor het totaaloverzicht ontbreekt, wordt er te weinig gedaan aan het binden van personele kwaliteit, ontbreekt de regie vanuit Gedeputeerde Staten  en wordt er te weinig structureel opvolging gegeven aan de bevindingen vanuit auditrapportages. Deze problemen herkennen we van eerdere Mobiliteitsprojecten. We hoeven maar terug te denken aan de ondertunneling bij Maarsbergen, aan de rotonde bij Linschoten en ook aan dat deel van de vorige week gepubliceerde U10 brief dat over het Mobiliteitsprogramma gaat. De problemen zijn dus structureel voor in ieder geval het domein Mobiliteit binnen de provinciale organisatie. Die problemen moeten worden aangepakt. Daarom hebben we een motie ingediend om de aanpak van de problemen die in de auditrapportage zijn opgemerkt, breder te trekken naar het gehele domein Mobiliteit en de Staten over de aanpak hiervan driemaandelijks te informeren. Tot onze grote verbazing werd deze motie niet gesteund door college en coalitie.

 

Aan het eind van het debat werd een motie in stemming gebracht waarin werd uitgesproken dat er geen vertrouwen meer is in het functioneren van deze coalitie. We hebben zorgvuldig overwogen hoe met deze motie om te gaan. Uiteindelijk hebben we de motie gesteund en zelfs mede ingediend. De hele dag bleef onduidelijkheid bestaan over de precieze toedracht van het vertrek van gedeputeerde Verbeek en de rol die de coalitie hierin heeft gehad. Op deze manier kon Verbeek wel heel gemakkelijk fungeren als zondebok en werd de aandacht vakkundig afgeleid van de rest van het college en vooral van de stad Utrecht. Daarnaast heeft het ons enorm gestoken dat de coalitie zelfs na dit hele proces een motie afwijst waarin gepleit wordt om de structurele problemen binnen de organisatie aan te pakken. Dan had gedeputeerde Verbeek dus net zo goed kunnen blijven zitten. Er is echt werk aan de winkel binnen de organisatie. We hebben een college en een gedeputeerde nodig die dat erkent.