27 oktober 2022

SGP stelt schriftelijke vragen over beëindiging derogatie

We hebben vandaag schriftelijke vragen gesteld over de beëindiging van de derogatie. We lichten eerst de aanleiding hiervan toe en laten daarna de vragen volgen. 

Aanleiding

Door de afschaffing van de derogatie per 1 januari 2026 komen melkveehouders in Nederland op heel veel plekken behoorlijk in de knel. De toegestane hoeveelheid stikstof uit dierlijke mest wordt drastisch teruggebracht van 250 kg per hectare naar 170. De gevolgen voor de agrarische bedrijven zijn gigantisch: ‘overtollige’ mest moet tegen hoge prijzen worden afgevoerd. Voor sommige boeren kan zelfs nodig zijn om koeien meer op stal te houden, omdat ze anders te weinig mest hebben om af te voeren. Om de grond toch vruchtbaar te houden en de koeien toch genoeg voeding te geven is het nodig om kunstmest en krachtvoer aan te voeren van buiten het bedrijf. Nu al wordt er op veel bedrijven meer stikstof geoogst dan via de mest toegediend, deze balans slaat dus nog verder door met de afschaffing van de derogatie. Voor de meeste boeren gaat deze maatregel pas in per 1 januari 2026, waarbij er een geleidelijke afbouw is tot die tijd. Voor agrariërs in Natura 2000-gebieden gaat de maatregel echter meteen per 1 januari 2023 volledig in. 

Voor ons is dit aanleiding om het provinciebestuur te vragen wat zij hebben gedaan om deze kringloopdoorbrekende maatregel van de Europese Unie te voorkomen of in ieder geval bij te sturen. We hebben lobbyisten in de EU en in Den Haag, dus we willen graag weten wat zij hierin hebben betekend. Daarnaast willen we het provinciebestuur alertheid vragen op signalen in de sector en hopen we dat het bestuur pro-actief aan de slag gaat met de behoeften aan ondersteuning en mogelijk ook aanpassingen in het eigen beleid. Een goed voorbeeld kan zijn dat we serieus aan de slag gaan met het beschikbaar stellen en houden van gronden voor de agrarische sector, om de extensivering van de sector mogelijk te maken. 

De vragen 

Schriftelijke vragen beëindiging derogatie

  1. Bent u het met ons eens dat de beëindiging van de derogatie indruist tegen de kringlooplandbouw waarvoor in de Landbouwvisie van de provincie Utrecht wordt gepleit? Zo nee, waarom niet?
  2. Klopt het dat agrariërs door de afschaffing van derogatie genoodzaakt zijn om dierlijke mest af te voeren en kunstmest aan te voeren om toch de benodigde grasoogst binnen te kunnen halen? Zo ja, hoe verhoudt zich dit tot de kringloopgedachte?
  3. Wat hebben onze lobbyisten in Brussel gedaan om de derogatie te behouden of om de besluitvorming rondom de mogelijke verlenging van de derogatie te beïnvloeden?
  4. Op basis waarvan worden de zogenaamde ‘door nutriënten verontreinigde gebieden aangewezen’ en welke invloed kan de provincie hierop hebben?
  5. Hebt u contact met de agrarische sector om de gevolgen van het afschaffen van de derogatie in kaart te brengen? Zo ja, wat leveren deze contacten op?
  6. Welke signalen over de afschaffing van derogatie krijgt u binnen van de landbouwcoaches, die in nauw contact staan met de agrarische sector?
  7. Hebt u in beeld wat de bodemhuishouding van agrarische bedrijven in de provincie is en of een verschraling van de bodem bijdraagt aan de doelen van onze landbouwvisie?
  8. Klopt het dat veel agrariërs op dit moment meer stikstof onttrekken via de oogst dan dat er stikstof wordt aangebracht in de grond? Zo ja, hoe kunnen we voorkomen dat de bodem verschraalt?
  9. Wat kan de provincie doen om te voorkomen dat graslanden massaal worden omgezet in maïsland om de benodigde import van krachtvoer te verminderen?
  10. Wat kan de provincie beleidsmatig doen om ruimte te bieden aan de toegenomen behoefte aan extensivering van de landbouw, en dus aan de toegenomen behoefte aan agrarische grond?
  11. Welke invloed gaat u in Brussel en Den Haag aanwenden om de negatieve gevolgen van de afschaffing van derogatie te mitigeren?