17 december 2018

SGP: PS onjuist, ontijdig en onvolledig geïnformeerd

Spreektekst Bertrick van den Dikkenberg

(Achtergrondinformatie: https://utrecht.sgp.nl/actueel/achtergrond-dolderseweg/10022)

Voorzitter, allereerst een woord van dank aan de Randstedelijke Rekenkamer die een grondig en goed onderzoek heeft verricht voor Provinciale Staten. En dat ging niet vanzelf, waardoor onze woorden van dank aan diepte winnen. Daarnaast willen we met nadruk ook de voorzitter van de begeleidingscommissie bedanken voor het vele werk wat hij heeft verricht om tot een goed resultaat te komen. Wat ons betreft laat het doorlopen proces zien dat onderzoeken in dit soort dossiers standaard moeten worden uitgevoerd onder regie van PS.

Voorzitter, dit rapport is net een medaille. Het heeft twee kanten: een zijde van het verhaal en een zijde van de waarheid. Achter de informatievoorziening vanuit GS (de zijde van het verhaal) blijkt vaak een heel andere werkelijkheid te zitten (de zijde van de waarheid). Ik zal dit oordeel nader onderbouwen.

Allereerst leggen we de gegeven antwoord op eerder gestelde vragen naast de conclusies van het rapport.

-        In reactie op vragen van de PVV stelde de gedeputeerde het volgende: ‘wij concluderen daarom dat bij de doorvertaling van het Ruimtelijk Plan naar het betreffende bestemmingsplan er geen maximum aantal woningen is opgenomen.’

     o   Het rapport concludeert: ‘Het bestuurlijke uitgangspunt van de provincie Utrecht dat maximaal             acht woningen gerealiseerd zouden mogen worden (…) is nergens vastgelegd. Niet in een                       ruimtelijk plan en ook niet in een bestuurlijke overeenkomst.

-        De gedeputeerde stelde: ‘Dit (de gekozen aanpak) mede om een snelle verkoop te realiseren, een bestuurlijk gedragen wens uit de Stuurgroep.’

o       Het rapport concludeert: ‘Een duidelijke doelstelling, ten aanzien van een afweging snelheid                 versus opbrengst, is echter nooit gesteld vanuit de Stuurgroep VBS of GS Utrecht.’ En: ‘De                       projectmanager Woonwijk VBS wilde het criterium snelheid onderdeel laten zijn van de                           courtage, oftewel dat de makelaar beloond wordt als de kavels snel verkocht werden. Deze is                 toen toegevoegd.’

-        De gedeputeerde stelde dat de betrokken makelaar is geselecteerd op gebleken ervaring in dit specifieke (duurdere) marktsegment, met verkoop in de directe omgeving en met verkoop van grotere kavels en aan projectontwikkelaar. Deze criteria zouden zijn besproken in de stuurgroep.

o       Het rapport meldt ons dat de geselecteerde makelaar weinig ervaring heeft met dit segment                 kavels en dat er criteria zijn toegevoegd omdat de meeste punten in het eerste rondje naar de               verkeerde makelaar gingen.

-        De gedeputeerde schrijft in dezelfde beantwoording dat er 3 geinteresseerden waren bij de provincie, waarvan er van twee gegevens zijn doorgezet.

o   Het rapport meldt ons dat er 5 geinteresseerden waren bij de provincie, waarvan er uiteindelijk             maar twee zijn geinformeerd. Eén geïnteresseerde bleef liggen bij de provincie, twee bij de                     makelaar. De gegevens van vier geïnteresseerden zijn dus doorgezet.  

-        Gedeputeerde schrijft in haar brief dat op 6 juni om 12.05 uur 5 ingezonden biedingen geopend zijn.

o   Het rapport meldt ons dat er reeds enveloppen geopend waren op het moment van sluiting                   inschrijving en dat er drie biedingen (deels) per mail waren binnengekomen. Het winnende bod             kwam een half uur voor de sluiting van de termijn binnen per mail.

Voorzitter, deze lijst zou nog verder uitgebreid kunnen worden. Hier is dus geen sprake meer van een incident, maar van een trend. Waarom, vraag ik de gedeputeerde, heeft u niet reeds bij de eerste vragenserie de regie naar u toe getrokken? En als de gedeputeerde dit wel gedaan heeft, waarom heeft u dan zoveel laten lopen en stelselmatig verdedigingslinies gegraven, die even stelselmatig onhoudbaar bleken?

Voorzitter, voor de SGP zijn de tot nu genoemde  feiten van mindere orde dan de hierna volgende. Deze hebben direct relatie met de vertrouwensvraag.

-        Het op laten stellen van een nieuw advies door VBK. De gedeputeerde verwijst in het interpellatiedebat steeds naar kaders, checks en balances etcetera. Hier wordt stevig op doorgevraagd. De gedeputeerde legt vervolgens een brief van VBK ter inzage, waarbij ze het volgende schrijft: Naar aanleiding van de bezwaren en klachten van de familie Jung en onze toezegging om nog eens kritisch te kijken naar het verloop van de procedure, hebben wij advies ingewonnen bij advocatenkantoor Van Benthem & Keulen. Wij hebben hen de volgende drie vragen voorgelegd:   Is proces rechtmatig verlopen?  Is de provincie geld misgelopen?  Kan de verkoop en levering aan beoogd koper nog worden teruggedraaid?  Hun advies bevat een helder antwoord op deze drie vragen.

o   Het rekenkamerrapport meldt ons dat er helemaal geen kaders waren en u hierop gewezen bent         door VBK in het advies naar aanleiding van de klachten van de famlie Jung! Er bleken twéé                     adviezen te zijn van VBK, waarbij in de eerste versie antwoord werd gegeven op vragen die later           ook vanuit de Staten zijn gesteld.

-        De gedeputeerde geeft vervolgens bij het AD aan dat allebei de brieven ter inzage zijn gelegd.

o   Het rapport leert ons echter dat er maar één versie ter inzage lag, gemotiveerd nog wel. Om                 verwarring bij de Staten te voorkomen. Voorzitter, heeft de gedeputeerde het rapport gelezen en         nagevraagd aan de organisatie waarom deze volgens haar onjuiste informatie in het rapport                   gekomen is? Als dit het geval was, hetgeen wij nergens bevestigd kunnen krijgen, waarom heeft u         dit niet = gemeld in de bestuurlijke wederhoor? In dat geval zou het toch ongetwijfeld zijn                       gecorrigeerd?

-        In een interview met nota bene Hoffman geeft de gedeputeerde aan dat ze op dat moment voor het eerst hoorde dat een cruciale bepaling was opgenomen in de verkoopovereenkomst.

o   Later tijdens het interview gaf ze opeens aan toch wel op de hoogte te zijn.

De SGP kan op basis van dit rapport niet anders concluderen dan dat de Staten onjuist, ontijdig en onvolledig is geïnformeerd.

Voorzitter, de SGP geeft al langere tijd aan dat de omgang met onze bewoners een zorgpunt is. En hoewel we hier al enkele jaren op hameren, vertoont de behandeling van klachten in geen enkel opzicht een leercurve. De vijfde aanbeveling van de rekenkamer is in dit licht een uiterst belangrijke. Wij zien op allerlei dossiers dat onze mensen op de vloer hard werken, gedreven zijn, en met buitengewone inzet de provincie vertegenwoordigen. Dit ondanks het ontbreken van bezielende politieke leiding. Dat is namelijk wat uw taak is. Ik vraag of de gedeputeerde zelf vindt dat zij goed leiderschap toont en heeft getoond in dit dossier?

Te vaak knippen wij provinciaal handelen op in stukjes, trekken wij deelconclusies en gaan we over tot de orde van de dag. Voorzitter, we stellen niet eens een probleemdefinitie op met betrekking tot wat er echt aan de hand is. Wat de SGP betreft zien wij soms forse knelpunten op het gebied van omgaan met integriteit, zien wij een gesloten sfeer de afgelopen jaren in oppositie-coalitie, GS en PS. Daarnaast ontbreekt het aan een teamspirit. De organisatie is één team, maar door de vele inhuur kan er op diverse plaatsen niet gewerkt worden aan de teamcultuur.

Dit dossier toont wat ons betreft richting de toekomst dat we volgende zaken moeten oppakken:

-        Integratie van een integriteitscultuur waarin mensen innerlijk gemotiveerd en aangevoerd door de politiek en de directie de provincie als integer bestuur vertegenwoordigen

-        Het creeren van een open sfeer met dienend leiderschap in GS en PS

-        Het verminderen van inhuur waardoor teamspirit ontstaat in de organisatie, en een sfeer waarin we elkaar kunnen aanspreken op genoemde zaken.

Voorzitter, Provinciale staten moeten er als kaderstellend orgaan op kunnen vertrouwen dat binnen de kaders wordt gehandeld. In voorliggend dossier is er minimaal strijdig gehandeld met de gestelde kaders, met de actieve informatieplicht van GS en is onvoldoende vanuit zorgvuldigheidsbeginsel gehandeld. Gezien de conclusies van het rapport gaan we ervan uit dat het verkoopproces in ieder geval over gedaan wordt.

Ik ga afronden. Voorzitter wij hebben een grote klus te klaren met elkaar. Daarvoor staan GS en PS schouder aan schouder. Als je een grote klus moet klaren moet je op elkaar kunnen vertrouwen. De grond van vertrouwen ontbreekt. Daarom nog eenmaal de medaille.

-        Bij RTV Utrecht gaf gedeputeerde Maasdam aan dat zij blijft.

o   Welke conclusie trekt de gedeputeerde na lezing van het rapport?

Dank u wel!